De ondergrond is een (onzichtbare) schatkamer en is de basis van onze stad. Hij is van belang voor onze voedsel- en warmtevoorziening, veiligheid, welzijn en vormt een archief van ons verleden. Veel eigenschappen van de ondergrond zijn randvoorwaardelijk voor een goed functionerende stad. Denk aan het draagvermogen, het bodemleven als basis voor ons groen en de biodiversiteit, buffering van regenwater of - op grotere diepte - de winning of buffering van warmte en drinkwater. Onze ondergrond vormt echter ook een delicaat systeem, heeft beperkte ruimte en verdient daarom bescherming.
Om werk te kunnen maken van een kwaliteitsslag in dit deel van de openbare ruimte gaan we regie voeren op de ondergrond. We werken aan inzicht en innovaties, we maken vaart met een visie en uitvoeringsprogramma rond de ordening van de ondergrond, we stellen deze in 2024 vast, en gaan hierop tijdig en integraal sturen in projecten.
De basis voor de wettelijke bescherming van archeologische resten in de bodem is de Verordening op de Archeologische Monumentenzorg met de daarbij behorende Archeologische Waardenkaart.
Zo maken we slim gebruik van de ondergrond, door deze in samenhang te benutten, beter te maken te beschermen en te beheren. Waar mogelijk houden we ondergrondse ruimte vrij om toekomstige ontwikkelingen mogelijk te maken. We zorgen dat de bodem en het grondwater geschikt zijn voor het gewenste gebruik (zoals schoon drinkwater) en dat bodem- en grondwaterverontreinigingen geen milieuhygiënische risico’s vormen voor mens, dier en milieu. We werken aan een gestage verbetering van de kwaliteit van de bodem en het grondwater.
Wat hebben we bereikt in 2023?
We werkten aan de Visie op de Ondergrond. Deze visie helpt ons om regie te voeren op de ondergrond en beter te werken aan de kwaliteit van de (ondergrondse) openbare ruimte. Ondergrond is tijdig en in samenhang ingebracht in ruimtelijke projecten. Het 3D model van de ondergrond is verder uitgebouwd als basis om duurzame oplossingen met de ondergrond in te brengen bij gebiedsontwikkelingen. Voor de Nedereindse Plas is het onderzoek naar instabiliteit van de westoever afgerond.